Over de BGT
De Basisregistratie Grootschalige Topografie (BGT) is een landelijk uniform bestand waarin de volledige topografie van Nederland gedetailleerd wordt beschreven. Het vormt de basis voor kaartproducten op de schalen tussen 1 : 500 en 1 : 5.000. Verder wordt de BGT gebruikt voor het bijhouden van andere (basis)registraties die ruimtelijke gegevens bevatten. Hierbij kan worden gedacht aan de registraties voor Beheer Openbare Ruimte (BOR) en dan met name voor de disciplines wegen en groen. Ook voor het bijhouden van de Basisregistratie (kleinschalige) Topografie (BRT) wordt gebruik gemaakt van de BGT. Verder wordt de BGT onder meer gebruikt binnen de disciplines wegen en verkeer, landelijk gebied en de ontwerpwereld. Daarnaast is er een wisselwerking met de bijhouding van de Basisregistratie Adressen en Gebouwen (BAG).
De inhoud van de BGT
De BGT bestaat uit miljoenen ruimtelijke objecten die met verschillende typen informatie-objecten zijn vormgegeven op basis van het Informatiemodel Geografie (IMGeo). Dit informatiemodel is in opdracht van het ministerie van VRO door het standaardisatie instituut Geonovum uitgewerkt in twee documenten:
- Gegevenscatalogus BGT voor het verplichte deel van de BGT
- Gegevenscatalogus IMGeo voor het optionele deel van de BGT
Beide documenten beschrijven een aantal algemene principes die van toepassing zijn op de gehele BGT, zoals de gebruikte geometrietypen, de principes van topologie, niveauaanduidingen, hiërarchie, identificatie en historie. Verder wordt ingegaan op de verschillende eisen rondom datakwaliteit en wordt aandacht besteed aan het gebruik van tekstelementen ten behoeve van het maken van kaartproducten.
Naast deze algemene principes worden ook alle verschillende objecttypen uitgewerkt, inclusief de daarbij behorende eigenschappen (attributen). Deze bieden bij verschillende objecttypen een nader onderscheid. In de gegevenscatalogus BGT gaat het met name om de verplichte objecttypen en bijbehorende verplichte attributen. In de gegevenscatalogus IMGeo gaat het om de optionele objecttypen en om de optionele attributen die afhankelijk van het ambitieniveau van een bronhouder kunnen worden toegepast. Beide documenten bevatten als laatste hoofdstuk ook een aantal regels voor de wijze waarop het betreffende objecttype moet worden opgenomen in de BGT.
Praktische naslagwerken
De regels over de wijze waarop objecttypen moeten worden opgenomen in de BGT komen ook terug in het IMGeo objectenhandboek. Dit is een praktisch naslagwerk vanuit Geonovum waarin per objecttype de belangrijkste ingrediënten uit de beide catalogi zijn overgenomen (zoals de definitie, het nadere onderscheid in verschillende varianten en de regels van opname) aangevuld met uitwerkingen met praktijkvoorbeelden. Hierbij wordt met behulp van foto’s via een ‘belijning’ aangegeven hoe een dergelijk object kan worden afgebakend. Aanvullend zijn er soms ook schematische afbeeldingen opgenomen die duidelijk maken hoe het object of delen van het object moeten worden afgebakend en voorzien van attribuutwaarden.
Omdat in de praktijk is gebleken dat niet alle praktijksituaties altijd geheel passend zijn te modelleren op basis van IMGeo, heeft Geonovum als aanvulling op het IMGeo objectenhandboek een aantal situaties verder uitgewerkt en deze voorzien van adviezen over de wijze waarop deze situaties in de BGT zouden kunnen worden opgenomen.
Om de BGT-objecten ook eenduidig als kaart weer te kunnen geven zijn er zogenaamde visualisatieregels opgesteld. Die gaan in op onder meer kleuren van vlakvullingen, lijnstijlen en symbolen en zijn vooral van belang voor het presenteren van de BGT-data in geografische software.
Werkafspraken en praktijkrichtlijnen
De actuele BGT/IMGeo standaarden kunnen soms tegenstrijdigheden bevatten, onduidelijk zijn of onjuistheden bevatten. Daarom heeft Geonovum in de afgelopen jaren verschillende aanvullende documenten opgesteld, de zogenaamde werkafspraken en praktijkrichtlijnen.
Hiervan zijn er verschillende nog steeds actueel en zijn enkele andere vervallen omdat de inhoud ervan intussen is verwerkt in de actuele versie van de BGT/IMGeo standaarden.
De werkafspraken of praktijkrichtlijnen kunnen zowel betrekking hebben op de inhoud van de BGT als op het zogenaamde berichtenverkeer dat wordt gebruikt voor de landelijke uitwisseling van BGT-gegevens (zoals verticaal berichtenverkeer, berichtenverkeer met de BAG en berichtenverkeer met BOR-systemen).
Bijhoudingsinstructies
Naast de BGT- en de IMGeo catalogus, het IMGeo Objectenhandboek en de door Geonovum opgestelde werkafspraken en praktijkrichtlijnen, zijn er in de afgelopen jaren vanuit SVB-BGT een aantal aanvullende bijhoudingsinstructies opgesteld. Deze bijhoudingsinstructies geven aanvullende richtlijnen over hoe er met bepaalde objecttypen, objectsituaties of andere deelonderwerpen moet worden omgegaan in het kader van de bijhouding van de BGT. Het gaat hierbij om onderlinge afspraken tussen de verschillende soorten bronhouders van de BGT die een landelijke strekking hebben en dus door individuele bronhouders moeten worden opgevolgd.